Field Office in Kiev
In een kantoorgebouw in Kiev zitten Australische en Nederlandse rechercheurs krap op elkaar. Arbo-technisch zijn de werkomstandigheden allerminst ideaal, maar de kleine werkruimte heeft een groot voordeel: de rechercheurs kunnen niet om elkaar heen.
Het zijn vakmensen die elkaars liefde voor het politiewerk herkennen. Ze hebben begrip voor elkaars omstandigheden. En ze zijn, ongeacht hun land van herkomst, tot in hun tenen gemotiveerd om de waarheid boven tafel te krijgen.
“Daarvoor zijn we bij de politie gegaan”, zegt Andrew Donoghoe, senior investigator van de Australische politie AFP. Hij geeft in Nederland en Oekraïne leiding aan een team van 15 personen, onder wie forensisch onderzoekers en inlichtingenofficieren. “Als politiemensen hebben we snel begrip voor elkaar hoe en waarom we dit werk doen.”
juni 2016
Voor het uitwisselen van informatie is gekozen voor het programma Siena van Europol (Secure information exchange network). Via deze applicatie kunnen bestanden snel en veilig worden gedeeld door alle betrokken landen die bij het onderzoek betrokken zijn.
Getapte telefoongesprekken
Na een voorportaal bestaat de onderzoeksruimte van de MH17-onderzoekers uit een lange smalle kamer vol bureaus, waarna nog een achterkamertje volgt. Niet bepaald een ruimte zoals je op grond van de naam een ‘Field Office’ voorstelt, maar dat is wel de term die gebruikt wordt voor dit onderkomen.
Vanaf de eerste week van september 2014 zijn rechercheurs uit Nederland en Australië hier aan de slag. Ze werken hier nauw samen met SBU, de veiligheids- en opsporingsdienst van Oekraïne. Direct na de crash bleek dat deze dienst de beschikking heeft over grote aantallen getapte telefoongesprekken en andere data.
Russischsprekende rechercheurs
Om het Field Office te bemannen hebben zowel de Australische als de Nederlandse politie in hun gelederen Russischsprekende agenten geworven, en soms ook politiemensen die de Oekraïense taal kennen. Deze rechercheurs beluisteren via koptelefoons gesprekken om het materiaal te rubriceren. Ook doorzoeken ze met speciale computerprogramma’s de geluidsopnamen op de naam van het vliegtuig en andere belangrijke zoektermen. Lokaal geworven tolken vertalen alle relevante gesprekken vervolgens naar het Engels, de voertaal van het Joint Investigation Team (JIT).
“We moeten er echt de kruimeltjes uitpikken”, vertelt Gert van Doorn, die namens de Nederlandse politie het Field Office in Kiev op poten heeft gezet. “Iemand noemt bijvoorbeeld in een telefoongesprek de namen van zijn kinderen. Daarmee kunnen we deze persoon proberen te identificeren. We zijn er blij mee, maar dit alles is natuurlijk wel zeer tijdrovend.”
Onmisbaar zijn de vele woordenboeken. Met name de specialistische woordenboeken over onder andere militaire terminologie en vertalingen van het straf- en militair recht van ieder land.
Steeds soepeler
De hoeveelheid data rondom de crash is gigantisch groot. Het Nederlandse team stelde daarom voor om eigen specialisten naar Kiev te laten komen om met speciale programmatuur data te analyseren.
Al snel bleken de analysetechnieken uit Nederland op een veel hoger peil te staan dan die van Oekraïne. “De manier waarop de Nederlandse onderzoekers met big data omgaan is buitengewoon goed”, zegt Donoghoe daarover. “Dit is de beste standaard van alle aangesloten landen, dus dat hebben de andere teams geaccepteerd.”
De samenwerking met SBU, die in het begin behoorlijk formeel van karakter was, werd steeds soepeler. “Met name door de data-analyse konden we onze meerwaarde bewijzen”, zegt Van Doorn. “Sindsdien merken we op allerlei manieren dat ze open met ons omgaan. Ze delen hun vragen met ons en denken volop mee.”
In het Field Office werken Nederlandse en Australische rechercheurs nauw samen met de Oekraïense politie en Justitie. Op de foto (van linksboven naar rechtsonder): D. Fedirko (rechercheur SBU), D. Ziuzia (rechercheur SBU), I. Yanovskyi (rechercheur SBU) en O. Peresada (aanklager bij het Parket van de Procureur-Generaal in Oekraïne).
Cross-checks
Bij de getapte telefoongesprekken van SBU zitten miljoenen printregels met meta-data, bijvoorbeeld over de gebruikte zendmast, de gespreksduur en de bijbehorende telefoonnummers. De rechercheurs zoeken deze gegevens uit en brengen ze met elkaar in verband om de betrouwbaarheid van het materiaal te valideren. Als bijvoorbeeld A met B belt, moet dit gesprek terug te vinden zijn op de lijn van B met A. En als iemand een locatie noemt, dan moet dat ook kloppen met de zendmast die zijn signaal oppikt. Als deze cross-checks niet kloppen, dan is verder onderzoek nodig.
Bij de rechercheurs is inmiddels geen enkele twijfel meer over de betrouwbaarheid van het materiaal. “Na intensief onderzoek oogt het materiaal zeer solide”, zegt Van Doorn. “Ook dat droeg bij aan het onderlinge vertrouwen.”
26 uur vliegtijd
Toch zijn er tal van omstandigheden die het onderzoek nog steeds lastig en tijdrovend maken. Allereerst zijn dat allerlei praktische zaken, die samenhangen met de internationale samenwerking.
Zo moest er een oplossing worden gevonden voor de toegang tot gezamenlijke computernetwerken en de contacten met het eigen korps. De Australische onderzoekers zitten op 26 uur vliegtijd van hun thuisland en hebben te maken met een groot tijdsverschil. “Het is voor ons moeilijker om contact te leggen met de achterban, dus we opereren in Kiev behoorlijk geïsoleerd”, zegt Donoghoe.
Ook over procedures, administratieve processen en het getuigenverhoor moesten afspraken worden gemaakt. De rechtssystemen van Oekraïne, België en Nederland lopen niet erg uiteen. Wel zijn er grote verschillen met Australië, dat volgens het Angelsaksische systeem werkt. “De keuze valt daarbij meestal op het systeem of de procedure met de hoogste standaarden. Dat geeft bij een toekomstige rechtszaak het minste risico”, zegt Donoghoe.
“Het is kijken hoe je het werkzaam houdt”, zegt Van Doorn. “We houden van praktische oplossingen. Polderen dus.”
Eureka-moment
Elke ochtend brengt een vast busje de rechercheurs van het hotel naar het Field Office en ’s avonds weer terug. Ondertussen doen de rechercheurs diverse belangwekkende vondsten. Elke keer als er personen of locaties geïdentificeerd worden, beleven zij een eureka-moment. Zeker als na meerdere checks alle gegevens blijken te kloppen.
“Dit is het meest complexe onderzoek dat ik ooit uitgevoerd heb in mijn politieloopbaan”, zegt Donoghoe. “Maar we zijn ontzettend gemotiveerd om het best mogelijke onderzoek te doen. We stoppen pas als de daders voor het gerecht gebracht kunnen worden.”
In het Field Office in Kiev werken rechercheurs uit Australië en Nederland dagelijks aan het strafrechtelijk onderzoek naar de ramp met de MH17. Er zijn vier rechercheurs uit Australië, die in blokken van drie maanden in Kiev gestationeerd zijn. De Nederlandse politie heeft twee teams van circa vijf personen, die elkaar iedere twee weken afwisselen. Daarnaast zijn er zes tolken uit Oekraïne actief, die al het relevante materiaal vanuit het Russisch of Oekraïens in het Engels vertalen.
De rechercheurs houden zich bezig met het identificeren van mensen in telefoongesprekken en op beeldmateriaal, de informatie-uitwisseling met Nederland en telecommunicatie. Ook hebben de rechercheurs inmiddels al meer dan 80 getuigen gehoord.
Het onderzoek moet onomstotelijke bewijzen leveren over toedracht en dader(s). Allerlei mogelijke scenario’s worden uitgezocht. Redelijke alternatieven moeten op basis van degelijk onderzoekswerk als onaannemelijk kunnen worden uitgesloten.